Glunderend haalt hij de laatste stukken papier er vanaf. Ja, dat is hem; een
echte King James met rode lettertjes!
Ik kijk over zijn schouder mee wanneer mijn zoon de evangeliën doorbladert.
Het valt ons direct op dat alle persoonsnamen in lettergrepen zijn verdeeld,
waardoor de typische Grieks / Hebreeuwse betekenis ervan opvallend tot
uitdrukking wordt gebracht.
Maar waar we eigelijk naar op zoek zijn vinden we het meest sprekend aanwezig
in de evangeliën, met name in de Bergrede; bijna twee pagina's volledig in 't
rood gedrukt. We nemen wat steekproeven in de apostolische brieven... Nee dus!
Conclusie; alleen datgene wat Jesus zelf heeft uitgesproken telt, en niet de
aanhalingen ervan of referenties ernaar.
Gaaf, in één oogopslag kun je zien waar Jezus zelf aan 't woord is! Tot slot
belanden we in Revelations (Openbaring van Johannes) en tot mijn verbazing bevat
deze meer rood dan ik had verwacht! Eigelijk best logisch;
"Ik ben de Alfa en de Omega." (1)
Wie anders dan Jezus zelf kan dit zeggen?
Ik sla de bladzijde om en zie nog ruim anderhalve bladzijde rood gedrukt! Ook
hier is het Jezus zelf die spreekt tot de zeven Gemeenten. Eph'e-sus, Smyr'na,
Per'gamos, Thy-a-ti'ra, Sar'dis, Phil-a-del'phi-a, La-od-I-ce'ans, stuk voor
stuk worden zij door Hem persoonlijk vermaand en bemoedigd.
Daarna blijven bijna tot het einde van Openbaring de letters zwart. Voortdurend
is Johannes daar aan het woord wanneer hij beschrijft wat hij van Godswegen heeft
mogen schouwen in de toekomst: De dag des Heren, met alles erop en eraan...!
We lezen daar over de Allerhoogste, Schepper van hemel en aarde, gezeten op de
troon omgeven door dieren en oudsten, met een boekrol in Zijn hand die door
niemand geopend kon worden dan door het Lam voor ons geslacht!
Whow!
Maar wat uit de boekrol voortkomt is minder plezierig...: De Zegels, bazuinen en
schalen: Elk voorwerp, item voor item, beschrijft een gebeurtenis die de mensheid
zal treffen in de voorbereiding op die grote Dag des Heren. De wereld in de
huidige tijd werkt zich steeds meer in de problemen in haar poging alles met
pais en vree in de hand te houden. Tegen willens en wetens in speelt zij zo
haar rol mee in de vervulling van wat in de boeken reeds over haar geschreven
staat.
En temidden van dat alles staat daar het Lam, met de zeven kandelaren in Zijn
hand, en zegt:
"Ik ben de Levende, Ik ben dood geweest, maar leef nu voor eeuwig;
Ik heb de dood en het dodenrijk overwonnen."
(2)
Hij spreekt bemoedigende woorden over ons uit;
"Ik weet uw werken, uw inzet, uw verdrukking, uw geloof, ...
en dat u Mijn woord bewaard."
(3)
Hij waakt persoonlijk over hen die geschreven staat in het Godsboek en
pleit voor ons bij Zijn Vader en Zijn engelen.
Gaaf;
We zijn niet op ons zelf aangewezen, maar we zijn in Zijn hand! Er is echter wel
één voorwaarde aan gekoppeld; Hoor naar wat de Geest tot de Gemeente heeft te
zeggen en volhard daarin.
In de eerste plaats spreekt Jezus daar tegen de Gemeenten met namen genoemd van
die tijd. Maar elke gelovige zal begrijpen dat deze model staan voor iedere
Gemeente van Jezus Christus van elke tijd en plaats; dus ook de onzen.
Wat Jezus met 'Gemeente zijn' voor heeft vinden we helder en dynamisch omschreven
in het boek Handelingen. Maar juist in dat boek stopt de aanwezigheid van die
rode lettertjes van het ene op het andere moment bij Jezus hemelvaart!
Laat Hij wat Hij later Zijn Gemeente noemt aan het toeval van het ontstaan
over?
Allerminst! Hij neemt de bemoeienis met Zijn Gemeenten zelfs zelf ter hand;
Hij heeft ons de Heilige Geest in Zijn plaats gezonden (4),
en geeft ons apostelen, profeten, herders en leraren (5)
om Zijn Gemeenten toe te rusten.
De Gemeente is daardoor geen organisatie of instituut welke bij regels leeft,
(als regeerde de wet weer) maar een levend organisme vol van bruisend leven.
De enige voorwaarde hiervoor is; luisteren naar wat Jezus, bij monde van de
Heilige Geest, zegt.
Na de eerste versen van Handelingen tot aan Openbaring zijn de letters weliswaar
zwart, maar niet minder belangrijk; Zij bevatten sleutels van het hemels
Koninkrijk (6), door Jezus zelf aangereikt en door de
apostelen ons ten voorbeeld reeds gehanteerd!
Wat is de Bijbel toch een leerzaam en opwindend boek!
En dan, in de laatste versen van Openbaring, vinden we nog een paar rode letters;
"Zie Ik kom spoedig, Mijn loon is met Mij, (7)
Ik ben de Eerste en de Laatste, (8)
Ja, Ik kom al spoedig!" (9)
Niet om dat loon, maar om getuigen te mogen zijn van Zijn komst, en Hem te
ontmoeten Die mij nieuw, eeuwig leven gegeven heeft, doet mij enthousiast de
handen uit de mouwen steken. En U?
Rev.Camp [jul'99]
