Naast de eigen - aardigheden van de diverse denominaties heeft elke gemeente ook haar eigen kleur en
gewoonten. Ik moest daarbij denken aan het kinderliedje: "Ik stond laatst voor een poppenkraam."
Ik stond laatst voor een poppenkraam, oh, oh, oh!
Daar zag ik mooie poppen staan, zo zo zo!
De poppenkoopman ging op reis,
de poppen raakten van de wijs
en deden allemaal zo!
Ze deden allemaal zo,
ze deden allemaal zo!
Bij elke nieuwe [geestelijke] beweging worden wel weer nieuwe (?) bijbels gefundeerde uitingsvormen
geïntroduceerd, maar over het algemeen blijft er toch veel bij het oude, vertrouwde; We klappen ritmisch
mee met opgewekte liederen of ondersteunen met arm- en handgebaren onze [persoonlijke] aanbidding.
Om de een of andere reden klappen we de laatste tijd niet meer zo vaak bij ons zingen. Het zou kunnen
dat bij de recente [Opwekking] liederen de stijl, ritme en tekst zich daar niet meer zo voor lenen.
Tijden veranderen! Veel van onze liederen zijn vertaald en daarmee afkomstig uit andere landen.
Maar is daarmee Gods Geest in andere landen anders werkzaam dan bij ons?
Het is waar dat in de loop van de tijd de stijl van de liederen anders is geworden. Maar is de stijl
niet de drager van de inhoud? Het zijn nu dan wel geen meeklapliedjes meer, maar zeker geen luisterliedjes!
De nieuwe liederen vragen mijns inziens meer van ons dan alleen maar meeklappen:
Ze roepen op tot aanbidding!
Onze persoonlijke expressie wordt in de praktijk vaak bepaald door het gedrag [in de over-drachtelijke
zin van het woord] van broeders en zusters om ons heen. Wij Nederlanders zijn niet zo extrovert, en
zeker niet in onze lichamelijke expressies. Zeg nu zelf; Wanneer de zangleiding ons vraagt te gaan staan,
dan doen we dat natuurlijk spontaan! (Maar wanneer ga je nu met goed fatsoen weer zitten?)
In de 70er jaren had je op de TV het programma "Rodeo". Wanneer de jury de optredende artiest(en)
wegstemde, dan draaide het hele podium weg, onder honend paardengehinnik. Wie zo het langst aanbleef
mocht de volgende uitzending terugkomen.
Hoe ik zo bij dat Rodeo programma kom? Wel, soms heb ik het idee dat de zaal zich [onbewust] als
een soort van jury gedragen. Maar beseffen we ons wel dat non-verbaal gedrag soms meer spreekt dan
we durven uitspreken? Voor wie anders staan, klappen en heffen we onze (heilige) handen op, dan
voor God onze Vader en Jezus onze Heiland en Heer?
Dan maar blijven zitten, opdat we niet in gewetensnood komen? Menselijkerwijze gezien wel. Maar we kunnen
ook de slappe handen opheffen en de knikkende knieën strekken. (1) God troont op
onze lofzangen. (2) Maar wij hoeven die troon niet te bouwen, alsof wij God moeten
dragen; Nee, dag aan dag draagt Hij ons. Halleluja! (3) Er is dus altijd
reden om God te eren. En het bijzondere is; Hij is de uitnodigende partij! (4)
Oké, we hoeven niet uniform uit ons dak te gaan, maar "als ik mij herinner wat Hij deed voor mij...." dan
wordt mijn motivatie anders: Dan láát ik me aansteken.
Overigens, dat liedje over die poppen-koopman heeft wel wat weg van die gelijkenis welke Jezus vertelde
over een landheer die een wijngaard aanlegde, deze verpachtte en zelf op reis ging. (5)
Oké, de parallel is maar ten dele, maar toch....
Maar, wat de zangdiensten betreft; Zouden wij ons onbehagelijk voelen wanneer Jezus zondags naast ons
zou staan, of juist niet? (6)
Rev.Camp [nov'05]
